Ellipse

Vier tips voor het geven van feedback bij formatieve toetsing

Een formatieve vorm van toetsen is gericht op het laten leren van de kandidaat. Een formatieve toets telt dan ook niet mee voor het eindcijfer. Digitaal toetsen maakt het mogelijk om eenvoudig feedback te geven. De volgende vier tips helpen je op weg bij het geven van feedback bij formatieve, digitale toetsing.

Waarom is goede feedback zo belangrijk bij formatief toetsen?

Wanneer je digitaal toetst in plaats van schriftelijk, is formatieve toetsing eenvoudig. Kwalitatief goede feedback is echter essentieel. Door te toetsen worden kandidaten bewust van datgene dat ze niet kennen (en kunnen) en uitgedaagd om aan het werk te gaan met de lesstof.

Kandidaten krijgen door (digitale) formatieve toetsing duidelijkheid waar ze staan. Het is daarmee een prettige, effectieve manier om te leren. Een ander pluspunt is dat faalangstige kandidaten beter presteren als ze regelmatig een formatieve toets goed hebben afgelegd. Zij krijgen bevestiging door de feedback die ze krijgen waardoor de angst van de daadwerkelijke (eind)toets vermindert.

  1. Bepaal op welk niveau je feedback wilt geven;
  2. Bepaal hoe je feedback presenteert;
  3. Bedenk wanneer je feedback geeft;
  4. Probeer feedback zo onderhoudsarm mogelijk te geven.

1. Bepaal op welk niveau je feedback wilt geven

Het is belangrijk van te voren te bedenken op welk niveau je feedback wilt geven. Dat kan namelijk op verschillende niveaus:

  • Feedback op het niveau van eindtermen of onderwerpen;
  • Feedback op het niveau van vragen;
  • Feedback op het niveau van antwoorden.

Feedback kan op verschillende niveaus gegeven worden. Zowel op het niveau van juist/onjuist als bij het in gang zetten van reflectie op het denkproces bij de kandidaat (Hattie & Timperley, 2007). Let wel: de verschillende mogelijkheden worden misschien beperkt door de gebruikte toetssoftware.

2. Bepaal hoe je feedback presenteert

Denk na over de manier van presenteren van de feedback. Zeker als je feedback op het niveau van antwoordalternatieven geeft, ontstaat het risico dat de feedback negatief geformuleerd wordt. Probeer opbouwend te zijn in het geven van feedback en bepaal hoe je deze feedback presenteert.

3. Bedenk wanneer je feedback geeft

Je kan op verschillende momenten feedback op de toets geven. Denk aan:

  1. Direct na het invullen van een vraag of oefening;
  2. Direct na afsluiten van een toets;
  3. Wanneer het oordeel definitief is (nabespreken of inzage).

Je keuze kan ook afhangen van het toetssysteem dat je gebruikt. Soms kan een kandidaat direct het antwoord aanpassen (tweede kans); daar past ook directe terugkoppeling bij. Uit onderzoek komt naar voren dat uitgestelde feedback beter kan werken dan directe feedback tijdens de oefening (Van der Kleij, 2017).

4. Probeer feedback zo onderhoudsarm mogelijk te geven

Zorg ervoor dat je feedback zo gestandaardiseerd mogelijk geeft. Verwijs bijvoorbeeld niet naar een bladzijde in een boek dat elk jaar een herziene uitgave heeft. Dan moet je ieder jaar je feedback aanpassen. Het is beter om te verwijzen naar het onderwerp dat beter bestudeerd moet worden.

Conclusie

Het geven van formatieve feedback begint bij het vooraf uitdenken van jouw wensen. Houd hierbij rekening met de kandidaat, maar ook zeker met je eigen werkprocessen. Wil je meer tips over het geven van feedback bij (digitale) formatieve toetsing? Neem contact met ons op. Onze toetstechnische consultants helpen je graag.

Decor

Wil je meer te weten komen?